Real-time kwantitatieve neerslagschattingen (QPE) van radarproducten hebben over het algemeen significante afwijkingen ten opzichte van de werkelijke neerslaghoeveelheden. Hoewel er veel correctiemethoden beschikbaar zijn, zijn de huidige methoden afhankelijk van een dicht regenmeternetwerk dat tijdig metingen levert. Als de dichtheid van het netwerk onvoldoende is, zijn geavanceerde correctiemethoden die de radar QPE ook ruimtelijk corrigeren, niet bruikbaar. Als alternatief presenteren we CARROTS (Climatology-based Adjustments for Radar Rainfall in an OperaTional Setting): een gegridde, klimatologische QPE-correctie die zowel in de tijd als in de ruimte kan corrigeren. De publiekelijk beschikbare correctiefactoren zijn gebaseerd op 10 jaar (2009 – 2018) aan historische 5-min radar QPE en referentiedata van het KNMI, wat de methode onafhankelijk maakt van de real-time regenmeterbeschikbaarheid. We hebben CARROTS getest met betrekking tot de gecorrigeerde neerslagschattingen die er uit volgen en de daarmee uitgevoerde afvoersimulaties voor twaalf stroomgebieden in Nederland. Hierbij hebben we de mean field bias (MFB) correctiemethode als benchmark gebruikt. De MFB-methode wordt operationeel gebruikt door het KNMI en leidt ruimtelijk uniforme correctiefactoren af in real time, gebruik makend van de 32 automatische regenmeters van KNMI. De CARROTS-factoren hebben een duidelijk ruimtelijk en temporeel patroon met hogere factoren verder van de radars af en hogere factoren van december tot en met maart dan in de overige seizoenen. Dat laatste lijkt een gevolg te zijn van radarobservaties boven de smeltlaag gedurende deze maanden. Vergeleken met de ongecorrigeerde radar QPE verbeteren beide correctiemethoden de neerslagschattingen aanzienlijk. De jaarsommen met CARROTS liggen echter wel dichter bij de referentie dan die van de MFB-methode voor Zuid- en Oost-Nederland, omdat het MFB-gecorrigeerde product hier de neerslagvolumes onderschat. Deze verschillen worden nog duidelijker in de afvoersimulaties die met beide producten zijn uitgevoerd, waarin CARROTS veel dichter bij de referentie zit dan MFB voor elf van de twaalf stroomgebieden. Onze conclusie is dat CARROTS gebruikt kan worden als benchmark voor correctiemethode-ontwikkeling en operationeel een betere optie lijkt dan de MFB-methode, mits de radardata op dezelfde manier geproduceerd worden als bij het afleiden van de factoren.